Laurent Panetier, Fich

Julien VERMEULEN : Hugo Claus à New York (1959) In 1959-1960, Hugo Claus spent six months in the US, Mexico and Cuba. In the course of his trip he wrote down a number of impressions and experiences which he later turned into a cycle of poems, entitled "Reportage" (1961). In terms of contents and style these poems differ from his previous work. Claus now uses a style which is less hermetical : apart from this remarkable transparency, a wide range of ironic expressions, ambivalent idioms, contrasting registers and playful characterisations constitute a lexicological diversity. The great number of assonances and the use of non-literary text registers also characterize these poems. In this way this cycle anticipates later work in which Claus systematically applies diverse collage techniques. The poems "N. Y. 1" and "N. Y. 2" are also an exceptional testimony of the feelings of isolation and vulnerability of the lyrical "I". In 1959-1960 bracht Hugo Claus zes maanden door in de VS, Mexico en Cuba. Tijdens zijn verblijf noteerde hij enkele indrukken en ervaringen die hij later in de gedichtenreeks "Reportage" (1961) uitwerkte. Inhoudelijk en stilistisch wijkt deze poëzie af van zijn vroeger werk. Claus hanteert hier immers een stijl die minder hermetisch is : naast een opmerkelijke transparantie constateren we ook lexicografische diversiteit met allerlei ironische en ondermijnende dubbele bodems, kritische en contrastieve registers, ludieke en spottende typeringen. Ook het grote aantal assonanties en het gebruik van niet-literaire tekstregisters karakteriseren deze gedichten. In die zin anticipeert deze cyclus op zijn later werk waarin hij talrijke collagetechnieken op een systematische wijze toepast. De openingsgedichten "N. Y. 1" en "N. Y. 2" getuigen ook op een uitzonderlijke wijze van het isolement en de kwetsbaarheid van de ik-figuur. Sarah BEEKS : Masscheroen ou trois messieurs nus. L'engagement artistique de Hugo Claus dans les années soixante In the spring of 1968 Hugo Claus was officially charged with public indecency. The fact that he had staged three naked men in his play Masscheroen, could not be tolerated by to the conservative judiciary in Flanders. The lawsuit caused a great fuss within the artistic milieu : art and literature had regularly been censored and something had to be done. Inspired by the activist élan of May '68, Claus and his colleagues chose to act upon their artistic commitment. Through cheerful happenings and poetic protest evenings they fought for the autonomy of art and literature. In het voorjaar van 1968 werd Hugo Claus aangeklaagd wegens openbare zedenschennis. In zijn toneelstuk Masscheroen had hij drie naakte mannen laten optreden en dat kon volgens de conservatieve rechterlijke macht in Vlaanderen niet door de beugel. De zaak leidde tot veel ophef binnen het artistieke milieu : kunst en literatuur werden eind jaren zestig veelvuldig gecensureerd en dat werd niet langer geaccepteerd. Aangestoken door het activistische elan van mei '68 besloten Claus en zijn collega's zich artistiek geëngageerd te tonen. Door middel van vrolijke happenings en poëtische protestavonden bevochten zij de autonomie van kunst en literatuur. Pieter VERSTRAETEN : Le corps du Christ. Le roman A propos de Dédé et le catholicisme Hugo Claus's short novel Omtrent Deedee [With regard to Deedee], which appeared in 1963, can be read in a variety of ways. In general, two slightly antagonistic interpretative models have been dominant so far : whereas the early literary analysis by Julien Weverbergh focuses on the symbolic dimension of the story, a commentator such as Bert Vanheste emphasizes the novel's connection with contemporary social discussions, such as the debates on the democratization of Catholic faith in the context of Vaticanum II (1962-1965). In this article I want to further develop the latter perspective by reading the book primarily as a commentary on Catholic faith, understood in its institutional as well as its ideological dimensions. In particular, I focus on the kind of priesthood the main character Deedee is embodying, on the relation between the priest Deedee and the young homosexual Claude, who seems to represent an alternative kind of priesthood, and on the process of transubstantiation, which plays a major role in all this. Finally, I relate the motif of transubstantiation to Claus's conception of meaning and symbolism. It appears that the religious sacrament as well as the signifying process are based on the interaction between the concrete and material on the one hand and the abstract and ideal on the other. In the end, in Omtrent Deedee, both categories are unmasked as mere social constructs, failing to do what they promise : restoring an original, sacral union or wholeness. Van Hugo Claus' korte roman Omtrent Deedee, verschenen in 1963, zijn heel verschillende interpretaties mogelijk. Grosso modo staan daarbij twee verschillende lectuurmodellen tegenover elkaar. Terwijl de vroege analyse van Julien Weverbergh vooral inzet op de symbolische dimensie van het verhaal, vraagt iemand als Bert Vanheste expliciet aandacht voor de betrokkenheid van de roman op contemporaine maatschappelijke problemen, zoals de discussies rond de democratisering van het katholieke geloof die plaatsvinden in de context van Vaticanum II. In dit artikel wil ik dat tweede perspectief verder uitwerken door Omtrent Deedee in de eerste plaats te lezen als een commentaar op het katholieke geloof, zowel op de institutionele als op de ideologische dimensie ervan. Ik focus daarbij op de aard van het priesterschap van het hoofdpersonage Deedee, op de relatie tussen de geestelijke Deedee en de jonge homoseksueel Claude, die een alternatieve priesterrol op zich neemt, en op het sacrale proces van de transsubstantiatie, dat bij dit alles een cruciale rol lijkt te spelen. Tenslotte verbind ik het motief van de transsubstantiatie met Claus' visie op betekenis en symboliek. Zowel het religieuze sacrament als het proces van betekenisgeving zijn immers gebaseerd op de interacties tussen het concrete en materiële enerzijds en het abstracte en ideële anderzijds. Finaal worden beide categorieën in Omtrent Deedee ontmaskerd als louter sociale constructies die er niet in slagen hun belofte waar te maken en een oorspronkelijke, sacrale eenheid en heelheid te herstellen. Tom SINTOBIN : Raconter en bafouillant, bafouiller en racontant. Traumatisme et narrativité chez Hugo Claus In this article two novels by Hugo Claus are analysed from the perspective of Trauma theory : Desire (1978) and The sorrow of Belgium (1983). Trauma destroys an individual's life-narrative and results in a Post Traumatic Stress Disorder. In Desire it is Didi that seems to suffer from it : she lost her human identity and her awareness of time, she is barely able to speek - which means that she has lost the plot that can give her life meaning and coherence. The reader is never told what exactly is the matter : all he gets are flashes, which are not sufficient to tell him the whole story. Moreover, he is confronted with the fact that the language of the novel is very ambiguous. These two characteristics - the unability to get to a fullblown story and the loss of language - the reader shares with a PTSD-patient, which suggests that this novel has a performative aspect : the reader lives through the same drama as that of the characters. In The sorrow of Belgium, uncle Omer is confronted with a malfunctioning language and ability to narrate. His problem manifests itself in repetition and in misunderstandings due to the ambiguity of words. The reader encounters exactly the same problem at the end of the novel, when a passage that seemed rather superficial at first sight in reality turns out to be full of meaning. However, there are characters in this novel whom one would expect to be traumatised that nevertheless do not show the typical characteristics. Above all the father, Staf, talks endlessly about the terrible things that happened to him, even so much that the members of his family are no longer interested. The feeling of the "surplus" of narratives, that are as a consequence not healing any more but aim at hiding something, is a feeling shared by the reader while he is reading this strange novel, which gets in its turn a performative aspect. In dit artikel worden twee romans van Hugo Claus, Het verlangen (1978) en Het verdriet van België (1983) bestudeerd vanuit het perspectief van traumastudies. Daarbij wordt een trauma gedefinieerd als datgene wat het levensnarratief van een individu vernietigt, met een Post Traumatic Stress Disorder tot gevolg. In Het verlangen blijkt Didi's pathologie daar nogal wat kenmerken van te hebben : ze is haar menselijke identiteit kwijt, haar tijdsbesef is ontregeld, ze kan amper nog spreken - zij heeft dus niet langer de beschikking over een levensnarratief dat haar bestaan zinvol en coherent kan maken. De lezer verneemt echter nooit precies wat er aan de hand is : hij krijgt slechts flitsen te zien en komt niet tot een sluitend verhaal. Bovendien wordt hij ermee geconfronteerd dat de taal van de roman wel heel meerzinnig wordt. Deze beide kenmerken - het onvermogen om tot een verhaal te komen en het verlies van taal - deelt de lezer met een PTSD-patiënt, zodat het verhaal in overdrachtelijke zin performatief is geworden : de lezer ondervindt het drama van de personages aan den lijve. Ook in Het verdriet van België komt er een personage voor wiens taal en verhalend vermogen hapert : Nonkel Omer. Zijn aandoening uit zich onder meer in herhaling en in misverstanden door dubbelzinnige woorden en blijkt ook de lezer parten te spelen wanneer die zich tegen het einde van de roman met een ogenschijnlijk anekdotische maar in werkelijkheid uitermate beladen passage geconfronteerd ziet. Nochtans zijn er ook personages waarvan men zou kunnen aannemen dat ze getraumatiseerd zijn zonder dat ze de kenmerken van een PTSD vertonen : vooral vader Staf vertelt honderduit over wat hem is overkomen, zelfs in die mate dat zijn verhalen niet meer interessant gevonden worden door zijn huisgenoten. Het gevoel van de overdaad aan verhalen, die niet langer heilzaam zijn maar iets verbergen, maakt zich ook van de lezer meester bij zijn lectuur van deze vreemde roman. Het verdriet van België heeft zodoende op zijn beurt iets performatiefs. Dirk VAN HULLE : Claus et la narratologie exogénétique. La cognition externe (extended mind) et les notes de lecture autour du Chagrin des Belges This article combines genetic criticism with a post-Cartesian approach to cognitive narratology, notably to the examination of literary evocations of the fictional mind. The case study is the genesis of Hugo Claus' novel Het verdriet van België. The exogenetic analysis of two extant notebooks shows how the author's reading notes contribute not just to the fictional cosmology of the novel, but also to the cognitive cosmology of the characters' 'extended' minds. The article argues that for Claus, as for many twentieth-century authors, the materiality of the avant-texte served as a cognitive model for the evocation of the workings of the fictional mind. Dit artikel combineert tekstgenetisch onderzoek met een post-Cartesiaanse benadering van de cognitieve narratologie, in het bijzonder het onderzoek naar vormen van literaire bewustzijnsrepresentatie. De gevalstudie is de genese van Hugo Claus' roman Het verdriet van België. Uit de exogenetische analyse van twee bewaard gebleven notitieboeken blijkt hoe de lectuurnotities bijdragen, niet alleen tot de fictionele kosmologie van de roman, maar ook tot de cognitieve kosmologie van personages en hun "extended mind" . Het artikel argumenteert dat voor Claus, net als voor heel wat twintigste-eeuwse auteurs, de materialiteit van de avant-texte heeft gefungeerd als cognitief model voor literaire bewustzijnsrepresentatie. Malgorzata DUBROWSKA : Die mythische Welt Anna Seghers'. Literarische Bilder aus dem französischen Exil Alongside her journalistic undertakings, literary works by Anna Seghers left trajectories of her residence as an immigrant in France between the years 1933-1941. In her literary works, the writer often depicted in a metaphorical way the world of immigration experiences : Sense of instability, isolation, life intimidations and also consciousness of replication of the immigrant' destiny. She brought a universal literary vision that corresponded to the biblical tradition and the world of the Greek and Roman mythologies. The author of this article, based on the selected literary works of Anna Seghers that were created in France, catalogues the universal experiences of the existence of the human kind, that in Seghers' works become mythical. Les textes littéraires d'Anna Seghers, qui complètent son activité publicistique, où elle décrit d'une manière métaphorique ses expériences d'expatriée, en disent long sur les années de son exil en France (1939-1941). La précarité, l'isolement, le danger de mort et la conscience de réitération de l'existence d'exilé font naître une vision littéraire universelle qui puise tant dans la tradition biblique que dans les mythologies grecque et romaine. A travers les textes littéraires retenus, issus de la période française, l'auteur de la présente contribution tente de concrétiser cette expérience atemporelle de l'existence humaine à laquelle Seghers donne une dimension mythique.

Peu de cinéastes ont été aussi acclamés qu'Howard Hawks. On a célébré sur tous les tons ses westerns fabuleux (Rio Bravo, La Rivière Rouge), ce chef-d'œuvre du film de gangsters qu'est Scarface, ses deux films noirs mythiques (Le Grand Sommeil, Le Port de l'angoisse) et ses comédies étourdissantes comme L'Impossible Monsieur Bébé. Grâce à lui, Lauren Bacall et Rita Hayworth sont devenues des stars. Son œuvre a inspiré les cinéastes du monde entier, de Jean-Luc Godard à Bernardo Bertolucci, de Martin Scorsese à Brian De Palma. Lorsqu'on lui demande comment il passera les quinze dernières minutes de sa vie, Quentin Tarantino déclare que ce sera en regardant Rio Bravo, ajoutant : " Quand je deviens sérieux avec une fille, je lui montre Rio Bravo et, elle a intérêt a l'aimer ! " Parce que Hawks fût l'un des cinéastes les plus interviewés et qu'il a longuement commenté ses films, on croyait tout connaître de lui. Erreur. Cette biographie prodigieusement documentée montre que cette œuvre et cette vie recelaient bien des secrets. Le regard admiratif, chaleureux mais lucide de Todd McCarthy détruit de nombreuses légendes, rétablit une vérité souvent malmenée. On découvre dans ce livre qui fera date que les récits de Hawks - dans lesquels il était au centre de tout, voyait toujours juste, donnait de judicieux conseils à Humphrey Bogart, John Wayne et Josef von Sternberg, remettait à leur place Jack Warner, Harry Cohn et Darryl Zanuck - n'étaient que le fantasmatique et extravagant reflet de l'imagination qui nourrissait ses films. La réalité se révèle autrement complexe : Hawks est le genre d'homme pour qui le mot énigme semble avoir été inventé. Ainsi, le livre fourmille de révélations sur le mystère de la double version de La Rivière Rouge ou sur l'acharnement des censeurs contre Scarface. On apprend de manière irréfutable qui écrivit et tourna vraiment La Chose d'un autre monde. On découvre enfin quelle part prit William Faulkner dans l'élaboration des scénarios qu'il écrivit pour Hawks. Howard Hawks fut le premier à produire ses propres films et à marquer vigoureusement son indépendance face aux studios. Associé d'Howard Hughes et ami d'Ernest Hemingway, il fut aussi le cofondateur du "gang des motards hollywoodiens", un joueur invétéré poursuivi par les bookmakers, un gentleman, un séducteur... et un fieffé, menteur ! Robert Capa disait à son sujet : "Il y a deux sortes de mythomanes : ceux qui le sont parce qu'ils n'ont jamais rien fait de leur vie et ceux qui en ont tellement fait qu'ils restent perpétuellement insatisfaits. Lui est le prototype de la seconde catégorie. "Mais quand, vers la fin, Hawks déclara : J'ai eu une vie formidable", pour une fois, il n'exagérait pas.

Lonely Planet : un guide tout en couleurs, concis et ultrapratique pour découvrir Londres Buckingham Palace, abbaye de Westminster, British Museum, cathédrale Saint-Paul, Tate Modern... le meilleur de Londres en un clin d'oeil : tous les sites majeurs décryptés et des conseils d'expert pour tirer le meilleur parti de ses visites Un guide tout en couleurs et organisé par quartier, pour que la visite de chaque grand monument ou musée soit l'occasion de découvrir les environs à son rythme. Des itinéraires thématiques pour découvrir les meilleurs spots et se fondre dans la vie londonienne : promenade bohème à Soho, samedi shopping à Notting Hill ou flânerie littéraire à Bloomsbury. Des pages thématiques pour découvrir Londres selon ses envies : avec des enfants, activités gratuites, shopping, spectacles, meilleures adresses de pubs ou de restaurants ethniques... Des cartes en couleur et une carte détachable pour faciliter les déplacements dans la mégalopole anglaise.

Issu d'une formation d'imprimeur, Hugo Capron décline en peinture le plaisir de reproduire une même image dans de longues séries qui cherchent à épuiser toutes les possibilités de variation. Ses tableaux sont généralement réalisés d'un seul jet et sans repentir, mais reposent néanmoins sur des équations techniques de précision. ? Les palettes d'Hugo Capron résultent de fines investigations chez des fournisseurs du monde entier à la recherche des nuances les plus justes. Sur la toile, elles se révèlent dans une gamme de matières, de jus et de surépaisseurs lumineuses qui font valoir la vitesse de l'exécution. Le geste est quasiment calligraphique, c'est une mêlée de virgules et de boucles. " J'ai toujours pensé qu'une oeuvre d'art en général, et un tableau en particulier, commençait par s'adresser à moi en m'indiquant la manière dont son auteur me considère. C'est la première chose que je perçois, peut-être même avant de prendre conscience du sujet du tableau, peut-être même en amont de la reconnaissance d'une peinture abstraite ou figurative. Comment ce tableau s'adresse à moi, sur quel ton il me parle, les stratégies qu'il déploie pour m'intéresser, exciter ma curiosité, flatter ou provoquer mon goût, bref comment le tableau me considère : gogo ou digne destinataire d'une conversation ? " Extrait du texte d'Eric Troncy Né en 1989, Hugo Capron s'est d'abord formé aux techniques de l'imprimerie, avant d'intégrer l'Ecole nationale supérieure d'art de Dijon, dont il a été diplômé en 2015. Sélectionné pour le premier programme de résidence et d'exposition Dijon/Dallas dès sa sortie de l'Ecole, il a par la suite exposé au Consortium de Dijon en 2015, au centre d'art contemporain MAT (Minatomachi Art Table) à Nagoya au Japon en 2016 et au FRAC Bourgogne en 2017. Il a été résident de la villa Kujoyama à Kyoto en 2019 et lauréat en 2021 de la huitième édition de la Bourse Révélations Emerige. Il vit et travaille à Dijon. Ses oeuvres ont été intégrées dans de nombreuses expositions collectives et individuelles - notamment à l'Hôtel des Arts de Toulon, au Centre régional d'art contemporain de Montbéliard, à la Collection Yvon Lambert en Avignon - et elles figurent dans diverses collections privées et institutionnelles françaises et internationales. Avec " Corpus Painting ", Semiose éditions lance une nouvelle collection éditoriale entièrement dédiée à la peinture. En 48 pages, relié façon beau livre, chacun des opus se concentre sur un ensemble précis de tableaux, complété d'un texte en français et en anglais signé d'une personnalité du monde de l'art. Une invitation à plonger dans la peinture, à comprendre les ressorts d'une série, à contempler une suite d'images, avec la même dévotion et passion que l'on porte aux retables ou aux icônes peintes.

Cette correspondance rassemble près de 80 lettres que se sont échangées en deux temps Jean-Louis Giovannoni et Bernard Noël, qui sont deux boussoles, deux champs magnétiques incontournables du catalogue des Editions Unes, et du champ poétique contemporain. Une première période, ouverte en 1991, s'achève en 1995 après une vingtaine de lettres, avant de faire place à deux décennies de silence et la reprise des échanges en 2017, qui comptent près de 60 lettres jusqu'en 2020. Correspondance strictement littéraire, où les aspects privés de la vie intime n'apparaissent que brièvement au détour d'un drame (la disparition de Paul Otchakovsky Laurens), ou au travers des heurts sociaux (le mouvement des Gilets jaunes). Si le monde contemporain n'est pas totalement exclu de ces échanges (il s'y évoque la marchandisation du monde, les accélérations médiatiques ou l'espace grandissant des images), il s'agit avant tout de tresser, sans programme précis, un dialogue autour des préoccupations qui sont au centre de l'oeuvre de l'auteur d'Extraits du corps et de celui de Garder le mort : corps du langage et corps du monde, oubli et mémoire, absence et présence, regard et vision... thèmes portés et rassemblés par l'interrogation du geste d'écrire, de la nature même de l'écriture, et de la singularité du poème. "Il n'y a pas de temps dans l'écriture" dit Bernard Noël, et le courant d'une discussion franche (sans peur d'assumer de part et d'autre les désaccords ponctuels) et ouverte nous porte d'une lettre à l'autre, dans les rebonds de deux pensées qui se croisent, remontent le courant parfois très en amont à la recherche d'une source de soi-même dans le flux des mots, cherchant à s'extraire de toute attraction du temps. Ou plutôt, leurs voix traversées par le doute cherchent l'espace même de l'écriture, cet endroit où le temps devient un lieu. Lieu qu'ils inventent de lettre en lettre, dans leur rapport à l'intériorité, tumultueuse, vociférante et proliférante chez Giovannoni, silencieuse, attentive et esseulée chez Noël. C'est leur différence profonde de nature qui s'exprime dans ces pages affectueuses : les mots envahissent l'un et manquent à l'autre, l'un se débat, l'autre appelle. Ils sont une masse organique pour l'un, une manifestation visible de la pensée pour l'autre. Il s'agit de "déposer son intimité à l'extérieur de soi" dit Bernard Noël, "c'est le regard de l'autre qui me met au monde et qui m'y maintient" répond Jean-Louis Giovannoni en écho. L'écriture, qui est cet "exercice du présent" , est le creuset de ce qui "échappe à la mémoire" , cherche un bord - bord de soi et bord du monde - dans l'entre-temps des choses où glissent langage et pensée, contre la solitude de la parole, au fil de ces échanges qui, plus qu'une correspondance, sont pour Bernard Noël "un essai amicalement partagé" .

Une préparation progressive à la nouvelle épreuve écrite d'HGGSP (histoire-géographie géopolitique science politique) et un accompagnement efficace vers le Grand Oral. Tous les outils pour réussir son bac en 2022. - L'ouvrage comprend quatre parties. 1. Comprendre l'épreuve, s'approprier les méthodes Au menu de la première partie, fiches de méthode et sujets traités pas à pas. Objectif : comprendre comment traiter les deux types d'exercices proposés au bac. 2. S'entraîner sur chaque thème du programme Viennent ensuite 32 sujets guidés, qui couvrent l'ensemble du programme limitatif 2022. 3. Préparer l'écrit dans la dernière ligne droite L'épreuve écrite approche : c'est le moment d'utiliser les fiches mémo, pour réviser l'essentiel, et les sujets complets de la session 2021, pour se mettre dans les conditions de l'examen. 4. Réussir le Grand Oral Dans une section spécifique : des fiches de méthodes et des simulations d'oral sur des questions issues du programme d'HGGSP. - En plus, avec l'achat de l'ouvrage, un accès gratuit aux ressources du site : fiches et vidéos de cours, quiz, sujets corrigés...

Dans ce troisième et dernier tome, Rüdiger W. A. Franz achève dignement son étude chronologique sur le SS-Fallschirmjäger-Bataillon 500/600, corps de troupe atypique des Waffen-SS. Dans une première partie, le lecteur suivra les "diables verts SS" dans l'opération "Panzerfaust" , à la mi-octobre 1944. Alors dernier grand partenaire militaire du IIIe Reich en Europe, la Hongrie de l'amiral Horthy mène des tractations secrètes avec les Alliés en vue de rompre son alliance avec l'Allemagne, tandis que l'Armée rouge progresse sur son territoire et que la défaite allemande devient nettement prévisible. Il faut agir vite : le célèbre expert en opérations spéciales, Otto Skorzeny, reçoit pour mission d'écarter Horthy du pouvoir. Une action "coup de poing" délicate, au coeur de Budapest... Au-delà du strict cadre des SS-Fallschirmjäger, l'auteur a choisi ici de croiser les récits d'acteurs politiques et militaires clé de cette opération méconnue. Ensuite, l'unique bataillon de parachutistes SS - devenu SS-Fsch. Jg. -Btl. 600 - regagne le territoire du Reich et connaît un tournant important en s'intégrant aux SS-Jagdverbände, formations de chasse de Skorzeny. Rattachée à la Panzer-Brigade 150, la 1re compagnie renforcée du bataillon (la 1. /600) prend part à l'opération "Wacht am Rhein" , l'offensive allemande de la dernière chance dans les Ardennes. Certains SS-Fallschirmjäger y participent aussi en tant que commandos de l'Einheit Stielau, revêtant intégralement l'uniforme de GI's. Dans cette partie, l'auteur propose une description détaillée de la constitution de la Pz. Brig. 150, de sa dotation en matériel de prise, de la bataille de Malmédy les 20-21 décembre 1944, ou encore de l'action fascinante des équipes de commandos déguisées en soldats U. S. Puis, sont abordés les derniers engagements du bataillon jusqu'à la chute ultime, notamment dans les têtes de pont de l'Oder en février-mars 1945. En annexe, une bibliographie ou encore la liste des pertes du bataillon de l'été 1944 en Lituanie, mais aussi un index alphabétique de tous les membres recensés de l'unité, accompagné au possible de photographies et documents personnels. Comme dans les deux volumes précédents, avec une iconographie variée - profils, cartes en couleurs, etc. -, des témoignages inédits et précis de membres du bataillon, Rüdiger Franz analyse en profondeur et froidement les causes, le contexte et les enjeux des engagements du "500/600" , apportant des corrections à des erreurs fréquemment retrouvées.

- Ce "guide des arts" offre un panorama détaillé de l'histoire de l'art. Conformément à l'esprit de la collection, cette synthèse habile fait une place privilégiée à l'illustration. Les annexes, outre l'index des artistes, sont enrichies pour cette série d'une chronologie. Entre tradition et modernité, le XIXe siècle est celui d'un monde en pleine mutation, marqué par la révolution industrielle et les innovations qui l'accompagnent. On citera l'invention des transports ferroviaires, qui modifie radicalement les conditions du voyage, et donc celles des peintres voyageurs, ou, dans le domaine des arts, la naissance de la photographie, qui change absolument le regard des peintres. Des néoclassiques, qui prônent la beauté idéale dont l'art grec et romain est le modèle parfait, aux romantiques, qui revendiquent le caractère unique de chaque oeuvre et la nécessité pour l'artiste d'exprimer des sentiments individuels, la période est traversée de grands courants analysés dans la première partie (les mots clés). Y figurent tous ceux qui préfigurent les grands bouleversements du XXe siècle. Les impressionnistes, fascinés par la lumière, ouvrent la voie aux avant-gardes : pointillisme, symbolisme, mouvement Arts and Crafts, nabis, scapigliatura, divisionnisme, jusqu'à la Sécession. Entre-temps, les nazaréens auront tenté de réformer radicalement l'art dans une orientation spirituelle et patriotique, suivis par les puristes, qui s'inspireront d'Ingres pour se tourner vers les artistes "primitifs" afin de redécouvrir la véritable essence de l'art et son authentique mission éthique et religieuse. Quant aux réalistes, ils entendent montrer la réalité dans laquelle ils vivent, mais aussi exprimer clairement leur position sur les événements et les personnages qu'ils représentent. Cet éclatement des tendances et des intentions est bien le signe de sociétés en pleine transformation. Une telle multiplicité de courants est indissociablement liée à une géographie et à des lieux précis, présentés en deuxième partie dans l'ouvrage. C'est à un voyage dans le temps et dans l'espace que convie ce nouveau "guide des arts" . La première partie, "Les mots clefs" , plante le décor conceptuel du siècle traité ; la seconde partie, "Les lieux" , définit l'espace géographique et renseigne sur les sphères d'influence ; la dernière partie, "Les artistes" , examine dans le détail quelques soixante artistes et illustre la diversité des styles de l'époque. La "fiche signalétique" enrichit chaque article d'informations complémentaires. Un panorama détaillé du XIXe siècle conformément à l'esprit de la collection, qui fait une place privilégiée à l'illustration. Les annexes, outre l'index des artistes, sont enrichies pour cette série d'une chronologie.

This fully illustrated catalogue is the first of its kind to examine the relationship between money, power, resistance and dissent. It accompanies major exhibitions at The Fitzwilliam Museum in Cambridge and the Art Gallery of Ontario in Toronto. War, revolution and protest are defining themes in all periods of world history, shaping national identities and influencing material and visual culture in myriad ways. The ubiquity of money makes it a powerful vehicle for diseminating the messages of the state to the public, but the symbolic and nationalistic iconography of currency could also be subverted or mutilated in powerful acts of defiance, rebellion and propaganda. Beginning in Britain in the wake of the American and French Revolutions, the exhibition explores the political and social tensions present in society, and communicated through the production or defacement of money, over the past 200 years. It contrasts the use of money by the radicals of the nineteenth and early twentieth century, such as Thomas Spence, and the Suffragette movement, with the money produced by European empires as they scrambled to dominate the rest of the world. The currency histories of the two World Wars reveal the subversion of the very nature of what money is, and highlight the role of money as the tool of occupation, imprisonment, resistance and remembrance. The coins countermarked during the Troubles in Northern Ireland hint at the polarised nature of political discourse and sectarian violence. The exhibition culminates with the work of contemporary artists and activists who use money to highlight the challenges of the modern world, both locally and globally - as a canvas, as a raw material, or as a powerful means of communication. From a unique coin commemorating the Peterloo Massacre of 1819 to a Syrian banknote refashioned to raise awareness of the refugee crisis, this publication showcases many newly acquired objects from the Fitzwilliam Museum collection, alongside materials from the Archive of Modern Conflict. These objects are enhanced by a number of important loans from museums and private collections, including the cannon used at the Battle of Mafeking, an exploded transit van and contemporary art works that take money, its authority and destruction as their theme. Each object constitutes a witness statement to its time and its conflict, and each section has its own story to tell. The chapters - by archaeologists, historians, curators, and artists - create a rich context for the more than 130 objects in the catalogue, most of which have never been studied in depth or published before.

Ce cahier de Mathématiques 1re/Tle Bac Pro Gpt C s'inscrit dans la collection Spirales, basée sur les pratiques de classe et sur les avancées pédagogiques des neurosciences, pour faciliter la différenciation et permettre à chaque élève de mieux comprendre. Il est proposé au choix en livre papier + licence numérique i-Manuel ou en 100% numérique i-Manuel. En version imprimée, cet ouvrage propose en complément une licence numérique i-Manuel 2. 0, la solution pour mettre les élèves en activité sur ordinateur ou sur tablette. >> Les infos pratiques sur le i-Manuel 2. 0 à découvrir ci-dessous Une démarche pédagogique éprouvée - En ouverture de chapitre : des objectifs clairs ; des rituels pour travailler les automatismes ; le choix de son parcours pour chaque élève, permettant de mettre en place un travail différencié. - Une partie méthodologie pour comprendre les notions et acquérir les capacités du programme : une situation-problème travaillée en 5 étapes, des activités plus courtes pour découvrir ou consolider d'autres notions. - Un " essentiel " à compléter par l'élève avec une aide à la mémorisation des mots clés et un exercice résolu pour travailler la méthode et acquérir des automatismes. - Des fiches méthodologiques (conseils d'organisation et aide à l'usage du numérique) pour aider les élèves à devenir autonomes. - Des exercices organisés en 3 parties : - " Je vérifie mes connaissances " ; - " J'acquiers des capacités " (méthodes) ; - " Je développe des compétences " pour s'entraîner à la résolution de problèmes et consolider les acquis. Le contexte de ces exercices est issu de la vie courante ou professionnelle. Certains exercices peuvent demander l'usage de l'outil numérique (calculatrice, tableur, logiciel de géométrie dynamique...), font appel à l'algorithmique ou portent sur le langage de programmation Python. - Une fiche " J'apprends de mes erreurs pour progresser ", que les élèves sont régulièrement amenés à compléter pour faire le point. - En fin d'ouvrage : une partie exclusivement consacrée au travail sur les automatismes. - En plus dans les cahiers de Tle, des sujets complets de CCF pour s'entraîner. Dans les cahiers de 1re/Tle - Le travail des automatismes se fait sous forme de rituels en début de chapitre, avec un premier exercice pour démarrer sur des bases solides, puis une séquence d'exercices en vidéo pour consolider les acquis. Des méthodes pas à pas et des exercices d'application sont également accessibles par QR Codes. - Des astuces sont proposées pour éviter d'acquérir de mauvais réflexes. - Un livret d'accompagnement, des fiches méthodologiques et une boîte à outils sont disponibles en début d'ouvrages pour favoriser la remédiation et guider les élèves jusqu'à l'obtention du Bac.

Ce cahier de Mathématiques 1re/Tle Bac Pro Gpts A et B s'inscrit dans la collection Spirales, basée sur les pratiques de classe et sur les avancées pédagogiques des neurosciences, pour faciliter la différenciation et permettre à chaque élève de mieux comprendre. Il est proposé au choix en livre papier + licence numérique i-Manuel ou en 100% numérique i-Manuel. En version imprimée, cet ouvrage propose en complément une licence numérique i-Manuel 2. 0, la solution pour mettre les élèves en activité sur ordinateur ou sur tablette. >> Les infos pratiques sur le i-Manuel 2. 0 à découvrir ci-dessous Une démarche pédagogique éprouvée - En ouverture de chapitre : des objectifs clairs ; des rituels pour travailler les automatismes ; le choix de son parcours pour chaque élève, permettant de mettre en place un travail différencié. - Une partie méthodologie pour comprendre les notions et acquérir les capacités du programme : une situation-problème travaillée en 5 étapes, des activités plus courtes pour découvrir ou consolider d'autres notions. - Un " essentiel " à compléter par l'élève avec une aide à la mémorisation des mots clés et un exercice résolu pour travailler la méthode et acquérir des automatismes. - Des fiches méthodologiques (conseils d'organisation et aide à l'usage du numérique) pour aider les élèves à devenir autonomes. - Des exercices organisés en 3 parties : - " Je vérifie mes connaissances " ; - " J'acquiers des capacités " (méthodes) ; - " Je développe des compétences " pour s'entraîner à la résolution de problèmes et consolider les acquis. Le contexte de ces exercices est issu de la vie courante ou professionnelle. Certains exercices peuvent demander l'usage de l'outil numérique (calculatrice, tableur, logiciel de géométrie dynamique...), font appel à l'algorithmique ou portent sur le langage de programmation Python. - Une fiche " J'apprends de mes erreurs pour progresser ", que les élèves sont régulièrement amenés à compléter pour faire le point. - En fin d'ouvrage : une partie exclusivement consacrée au travail sur les automatismes. - En plus dans les cahiers de Tle, des sujets complets de CCF pour s'entraîner. Dans les cahiers de 1re/Tle - Le travail des automatismes se fait sous forme de rituels en début de chapitre, avec un premier exercice pour démarrer sur des bases solides, puis une séquence d'exercices en vidéo pour consolider les acquis. Des méthodes pas à pas et des exercices d'application sont également accessibles par QR Codes. - Des astuces sont proposées pour éviter d'acquérir de mauvais réflexes. - Un livret d'accompagnement, des fiches méthodologiques et une boîte à outils sont disponibles en début d'ouvrages pour favoriser la remédiation et guider les élèves jusqu'à l'obtention du Bac.

C'est en 1963 que Francis Mazière partit à bord d'une goélette de 19 mètres avec sa femme Tila pour rejoindre, en cinquante jours, l'île de Pâques, cette île mystérieuse perdue au milieu du Pacifique. Il y a vécu durant deux ans pour tenter de percer son énigme en étudiant scientifiquement les géants sous toutes les coutures, notamment par des tests au carbone 14 permettant de les dater. MATA-KITE-RANI : "Des yeux regardent les étoiles" , c'est l'un des noms anciens de l'île de Pâques, et c'est celui qui exprime le mieux la vérité de cette île au passé obscur : aujourd'hui encore, sur ce lambeau de terre où la vie se meurt, cinq cents géants de pierre fixent le ciel de leurs yeux vides, cinq cents géants qui parlent d'une civilisation fabuleuse, aux secrets fascinants. Ces secrets, Francis Mazière a entrepris de les percer. Le récit de son expédition est celui d'une grande aventure à travers le temps et l'espace ; c'est aussi un témoignage bouleversant sur la vie des derniers survivants d'un continent disparu. "27 degrés 10' de latitude sud, 109 degrés 26' de longitude ouest ; 179 kilomètres carrés de superficie ; climat tempéré (six mois de sécheresse, six mois de pluie) ; un peu plus de 1 000 habitants, dont une cinquantaine de soldats et de fonctionnaires chiliens ; 40 000 moutons, 1 000 chevaux, 1 000 bovins ; pas de port ; un petit aérodrome ; un petit hôpital ; un petit poste émetteur. C'est la fiche signalétique de l'île de Pâques, telle que l'ont dressée les géographes et les navigateurs. Un Français revient de là-bas. Il s'appelle Francis Mazière. Archéologue, à la curiosité des choses anciennes, il joint, comme le Parisien Jean Chardin, qui visita la Perse et les Indes à la fin du xviie siècle, "une extrême passion de voyager". Mais il ne voyage pas comme tout le monde. Pour traverser les mers, il choisit, à l'époque des Boeing, un voilier de 19 mètres et de 30 tonnes, pourvu d'un petit moteur de secours. Parti d'Antibes le 22 septembre 1962 avec sa femme et trois amis, il jette l'ancre à l'aube du 3 février 1963 devant Te Pito No Te Huana (le Nombril de la Terre), un des noms de l'île de Pâques dans la langue de ses habitants, après avoir couvert 20 000 kilomètres durant quatre mois et demi de navigation" (Le Monde, 9 février 1966).

To co zapamietujemy z podrózy to nie geograficzne miejsca pobytu, zabytki czy architektura. Wszystko to sa szczególy, scena, na której odbywa sie podróz. To co zapamietujemy najlepiej to atmosfera ; spotkani ludzie, sytuacje, emocje, które sie pojawily, uczucia, które po nich nastapily. Podróz jest poruszaniem sie w klimatach, w nastrojach. "Niniejsze opowiesci z podrózy po róznych krajach swiata, w przestrzeni, w czasie i w sytuacjach, sa jak mozaika skomponowana ze wspomnien, z refleksji, z odczuc, z zauroczenia. Kazdy wpis prezentuje mozliwosci, które realizuja sie w kontekscie wrazliwosci chwili. Impresja staje sie atmosfera, która sie zakorzenia. Jest to alchemia postrzeganej rzeczywistosci, jej wydzwieku i jej emocjonalnego sladu. Brazylia, Indie, Finlandia, Japonia, Polska, Francja, Anglia, Norwegia i inne kraje sa miejscami scen z zycia i tlem dla wrazen, jakie im towarzysza. Opis wydarzen otwiera przestrzen do spotkania pomiedzy autorem a czytelnikiem, umozliwiajaca zdematerializowany dialog. "Moje teksty zaczely sie pojawiac podczas podrózy do Brazylii na spotkanie z dalsza rodzina mojego meza, odkryta przypadkowo dzieki internetowi. Kontrasty naszego zycia, nasze interakcje, a potem procesu pisania obudzily we mnie wspomnienia z minionych podrózy. Znalazly one swe miejsce na kartkach notatnika i wypelnily obraz zebranych klimatów. " 'Ce dont on se souvient d'un voyage ne sont pas les lieux géographiques, les monuments historiques, les images d'architecture. Tout ceci sont des détails ; la scène sur laquelle le voyage se déroule. Ce dont nous nous souvenons le plus sont les ambiances : les gens rencontrés, les situations, les émotions qui ont surgi, les ressentis qui ont suivis. Le voyage est un voyage à travers les ambiances. ' Ces récits de voyages à travers différents pays, en espace et en situations, sont comme des mosaïques composées par le coup de coeur, la réminiscence, le reflet, l'émotion. Chaque tableau s'ouvre sur des possibles qui se réalisent en fonction de la sensibilité du moment. Le vécu devient une ambiance qui s'enracine. Une alchimie de la réalité perçue, de son rayonnement et de la trace affective qu'elle laisse. Le Brésil, l'Inde, la Finlande, le Japon, la Pologne, l'Angleterre, la Norvège et d'autres pays sont lieux de scènes de vie et de ressentis qui les accompagnent. Les événements relatés, une plage de rencontre s'ouvre entre l'auteur et le lecteur, permettant un échange dématérialisé. "Mes écrits ont commencé à émerger durant un voyage au Brésil à la rencontre de la famille élargie de mon mari, découverte par hasard grâce à internet. Le contraste de nos vies, nos interactions puis le processus d'écriture ont réveillé en moi d'autres voyages passés. Ainsi leurs moments forts ont trouvé une place parmi les ambiances du carnet".

Ugo Bienvenu est né le 10 mai 1987. Ce nouvel Hors-série des Arts Dessinés après ceux consacré à Catherine Meurisse et Laurent Durieux, revient sur le parcours pluridisciplinaire de ce réalisateur et un dessinateur français via une longue interview séparée en quatre chapitres : les influences, la bande dessinée, l'animation et l'illustration. Il sera enrichi d'entretiens avec des proches et des membres de sa famille, histoire d'offrir un regard inédit sur cet immense auteur. Sortie prévue le 17 juin 2022 en version broché (100 pages, 15 ? ) et cartonné (128 pages, 25 ? ) Biographie express Après un diplôme de métier d'art en illustration à l'école Estienne, il intègre la section cinéma d'animation des Gobelins1. En 2010, à la suite de son séjour au California Institute of the Arts de Los Angeles, il s'oriente vers l'animation expérimentale. Depuis 2010, il écrit et réalise des clips et des courts-métrages, seul ou accompagné (de Kevin Manach, Benjamin Charbit ou Félix de Givry). Ses films sont diffusés sur Arte et Canal+. En 2014, il signe sa première BD sur papier, Sukkwan Island, adaptation du roman éponyme de David Vann. En 2016, il dessine pour la presse et développe la mini-série Antman, à nouveau avec Kevin Manach. En 2017, il publie un deuxième album BD, Paiement accepté, où il imagine la vie d'un fils de Donald Trump, exilé en France après une guerre civile aux Etats-Unis. En 2018, il crée la société de production, Remembers, avec Félix de Givry ainsi que la maison d'édition Réalistes avec Charles Ameline et Cedric Kpannou. En 2019, il dirige à nouveau des films publicitaires pour Hermès, mais aussi pour la marque de lunettes Coréenne Gentle Monster. La même année, il publie deux nouvelles BD, toutes deux remarquées. La première, Premium +, est sur le destin d'un homme, pétri de certitudes, un financier au parcours brillant qui chute finalement. Son autre BD de 2019, Préférence système, reçoit le grand prix de la critique6, fait partie de la sélection officielle au Festival d'Angoulême 2020 En 2020, il sort sa cinquième bande dessinée B. 0, comme un Dieu, chez les requins marteaux. Il réalise, dans la foulée, une campagne publicitaire Hermès pour la Chine mettant en scène son propre carré. En 2021 toujours sortent aux éditions Réalistes, Développement durable, la suite de Premium+ ainsi que Malavalle, premier livre en tant que scénariste dessiné par Josselin Facon. Il commence le développement de son premier long métrage Arco au sein de son studio. Bande dessinée -Sukkwan Island, d'après David Vann, préf. Fabrice Colin, Denoël Graphic 2014. Sélection officielle au Festival d'Angoulême 2015. -Paiement accepté, Denoël Graphic, mai 2017 - Premium +, éditions Réalistes, juin 2019 - Préférence système, Denoël Graphic, octobre 2019. Grand prix de la critique 2020 - Sélection officielle au Festival d'Angoulême 2020. - B. 0, comme un Dieu, Les Requins Marteaux, septembre 2020 - Développement durable, éditions Réalistes, juin 2021 -Malavalle, scénario, dessin de Josselin Facon, éditions Réalistes, juin 2021 -Total, éditions Denoël Graphic, octobre 2021. Filmographie Réalisation -2010 : Fragment clip pour Chris Adams -2010 : Voyage chromatique, avec Kevin Manach clip pour Renart -2011 : Singing clip pour Agoria -2012 : La Fin du monde, avec Benjamin Charbit et Kevin Manach court métrage -2013 : Maman, avec Kevin Manach court métrage -2015 : FOG, avec Kevin Manach clip pour Jabberwocky -2015 : Holding up clip pour Jabberwocky -2017 : Antman mini-série pour Marvel/Disney -2017 : Dolly. zero clip pour Antoine Debarge -2018 : Sphere of existence clip pour Antoine Kogut -2018 : L'Entretien co-réalisé avec Félix de Givry court-métrage - Pochettes d'albums -Lunar Lane de Jabberwocky Polidor Universal 2015 -Dolly. zéro d'Antoine Debarge Single10 -Sphere of existence d'Antoine Kogut chez Antinote -Love de JeSunde chez Vietnam -Tako Tsubo de L'Impératrice chez Miqroclima Récompenses -2019 : grand prix de la critique : Préférence système6

Le 21 mai 2011 à Yamoussoukro, se tenait la cérémonie d'investiture du Président ivoirien Alassane Ouattara en présence d'une vingtaine de chefs d'Etat dont Nicolas Sarkozy et de Ban Ki-moon, Sécrétaire général de l'ONU. Cet événement qui symbolise le retour à la démocratie en Côte d'Ivoire intervenait après dix années d'une crise qui, d'économique était devenue politique puis globale, car au cours de ces deux dernières années on avait pu constater l'effondrement du pays dans pratiquement tous les domaines. Le refus pendant cinq ans de Laurent Gbagbo d'organiser des élections présidentielles puis sa volonté par la suite d'en ignorer le verdict parce qu'il lui était défavorable, laissera sans aucun doute pour longtemps des traces profondes et traumatiques dans ce pays qui avait été le phare de l'Afrique noire francophone au lendemain des indépendances. Faut-il rappeler que cette ancienne vitrine de la coopération française est encore aujourd'hui confrontée aux problèmes du sous-développement, en même temps qu'elle doit relancer une économie tombée au plus bas et rasséréner des esprits encore choqués par des souvenirs de pillages, d'exactions, de déplacements de population. Certes, le milieu naturel ivoirien est riche. Mais il est aussi en danger. Certes, la population du pays est jeune, dynamique, de plus en plus citadinisée. Mais elle est demeurée un puzzle d'ethnies encore trop souvent rivales, comme l'a montré la guerre civile qui a ravagé ces dernières années les espaces et les esprits. Pourtant, le père de la nation, Félix Houphouët-Boigny avait su en faire un pays en plein essor en choisissant dès le début de l'indépendance l'économie de marché alors que plusieurs de ses voisins s'enlisaient dans les déboires d'un socialisme à l'africaine, disparu aujourd'hui. De fait, ce sont des turbulences économiques qui ont provoqué peu après la mort du " vieux " la fin du " miracle ivoirien ", et ce, parce que le pays était sans doute trop dépendant des cultures de rente. Cette dégradation a eu pour conséquence une lente désagrégation des structures politiques de la nation qui s'est parallèlement traduite par l'émergence d'une forte hostilité vis-à-vis des étrangers. Le pays allait même jusqu'à connaître la guerre civile, la partition et le jeu de pouvoirs factieux. Cela est d'autant plus étonnant que la tolérance politique et religieuse avait auparavant facilité l'installation sur le sol ivoirien de plus de 4 millions d'immigrés. On a pu croire un moment, à partir des années 2007, que la reprise économique était au rendez-vous dans un contexte national et international apaisé. Il n'en fut rien et ces deux dernières années furent sans doute les plus mauvaises que les Ivoiriens aient connues depuis l'indépendance, malgré les efforts développés par le gouvernement d'Union nationale dans l'attente d'élections présidentielles sans cesse repoussées. Enfin organisées, elles donnèrent la victoire à Alassane Ouattara. Les troubles qui s'en suivirent menèrent la crise à son paroxysme. L'arrestation de l'ancien chef d'Etat donna un coup d'arrêt à cette descente aux enfers. Exsangue aujourd'hui, la Côte d'Ivoire devra se relever, panser ses plaies tant physiques que morales et retrouver son unité. C'est la tâche ardue qui attend le Président Alassane Ouattara. Il reste aussi à espérer que revenue à la démocratie, la Côte d'Ivoire puisse, aidée par des pays amis et les institutions internationales, reprendre en matière économique sa place de " poumon vital " de l'Afrique de l'Ouest. Le pari est difficile. Il peut être tenu.

Le dossier 2014 dresse un tableau et un bilan de la situation de la désindustrialisation dans les pays développés. Il interroge la nécessaire réindustrialisation des économies et des territoires autour de plusieurs questions centrales : si le redéploiement de l'industrie mondiale vers les pays émergents est inéluctable, les pays industrialisés peuvent-ils espérer enrayer le phénomène et conserver leurs positions ? N'est-il pas à bien des égards trop tard ? Comment peuvent-ils agir et se ressaisir ? Les cartes en couleurs sont téléchargeables sur le site de l'éditeur.

Il y en a aujourd'hui qui haïssent le " Je ", qui déclarent sa fin prochaine, ou même sa disparition accomplie. Il y en a qui préfèrent le " Nous ", l'identité qui peut se partager ; d'autres encore qui préfèrent le " Il " scientifique, l'identité qui peut se compter. Comment alors continuer à être " Je " lorsque l'époque tend à faire disparaître la nécessité d'un rapport subjectivé à son existence ? Le narcissisme de masse se présente paradoxalement comme un effort pour continuer à exister en première personne dans le monde uniforme de la mondialisation. Mais ce narcissisme de masse n'est-t-il pas un autre piège ? Le déchaînement des passions sur les réseaux sociaux, la mise en scène de sa vie privée, le partage de son intimité, nous aident-ils vraiment à retrouver notre singularité perdue dans l'univers irrespirable de la quantification de soi et de la marchandisation des expériences ? Parier sur le " Je " offre une autre voie que le narcissisme. Parier sur le " Je ", c'est accepter de miser sur la parole et le langage, c'est continuer de croire avec Freud et Lacan dans les messages de ses rêves et de ses cauchemars, c'est ne pas suturer la dimension de l'inconscient. Parier sur le " Je ", c'est faire une traversée : la traversée des identités.

Découvrez la nouvelle édition du fichier d'entrainement CLEO pour travailler la maitrise de la langue au CE2 (Compréhension, Lexique, Etude de la langue, Orthographe), en conformité avec les ajustements de programmes 2018. Vous êtes ici sur la fiche produit de l'édition 2019 de cet ouvrage. Cette nouvelle édition a pour objectif de rendre son contenu conforme aux ajustements des programmes de 2018. Le fichier d'entrainement C. L. E. O. CE2 2019 regroupe l'ensemble des activités d'entrainement du dispositif et un aide-mémoire, qui visent à entrainer quatre familles de compétences : - Compréhension : informations implicites, connecteurs temporels et temps verbaux, chronologie du récit, substituts du nom, intentions et sentiments des personnages... - Lexique : ordre alphabétique, utilisation du dictionnaire, familles de mots, préfixes, polysémie... - Etude de la langue : organisation de la phrase, classes et fonctions grammaticales, étude du système verbal... - Orthographe : correspondances graphophonologiques, valeur positionnelle des lettres, consonnes muettes, genre et nombre dans le groupe nominal, accord sujet-verbe, terminaisons verbales... Conformément aux orientations définies par les programmes en vigueur, C. L. E. O. organise les apprentissages au moyen de séances courtes et fréquentes, favorisant l'appropriation des compétences sur le long terme. Les points forts de la collection C. L. E. O. Français 2019 : > Pour les élèves : - Des activités d'entrainement pertinentes et motivantes, - Des compétences entrainées sur la durée, afin de laisser le temps à tous les élèves de s'approprier les notions à acquérir, - Une meilleure visibilité des apprentissages dans lesquels ils s'engagent. > Pour l'enseignant : - Des activités d'entrainement décrochéesqui, grâce à leur format récurrent, permettent souplesse et autonomie dans l'organisation des apprentissages, - Un travail de consolidation de la compréhension des textes, - Des programmations annuelles qui ont été pensées pour avoir une réelle cohérence sur chaque cycle, - Une très large gamme d'activités utilisables dans un grand nombre de situations : prises en charge par les enseignants spécialisés des RASED, mise en place de PPRE, MACLé, aide personnalisée, stages de remise à niveau, etc. Le dispositif complet C. L. E. O. CE2 2019 comprend : - Le présent fichier de l'élève CE2 2019 regroupant l'ensemble des activités d'entrainement, aussi disponible en pack de 10 , - L'aide mémoire CE2 2019 (inclus dans le fichier de l'élève), personnalisable, regroupant l'ensemble des savoirs à acquérir au CE2, - Le guide pédagogique CE2 2019 pour l'enseignant, indispensable pour s'approprier la démarche de C. L. E. O. , qui contient en outre des ressources pour l'enseignement de l'oral, ainsi que de nombreuses pistes pour organiser les activités quotidiennes d'écriture - Disponible en version papier ou en PDF gratuit (à venir). Rejoignez le groupe de discussion Le monde de Cléo : https : //www. facebook. com/groups/le-monde-de-cl%C3%A9o-231891960695753/ Découvrez aussi le Fichier Cléo CE2 Dys et accessible à tous .

Les principes pédagogiques des Maths avec Léonie CM1 #Manipuler, observer, apprendre ! - L'élève apprend en étant actif : en manipulant des cartes, des jetons et des objets, il approche les notions de façon concrète ; son intérêt et sa créativité sont stimulés. - L'élève apprend en échangeant avec ses pairs : en verbalisant sa stratégie, il s'habitue à mettre des mots sur des concepts et à comparer son raisonnement à celui des autres, notamment dans la rubrique Je cherche avec mes copains. - L'élève apprend en s'entraînant : les nombreux exercices, très progressifs, permettent à l'élève d'appliquer les notions apprises. - L'élève apprend en s'amusant : par des activités en groupe, des jeux mathématiques, des énigmes et des prolongements hors de la classe en famille, il aborde les mathématiques avec plaisir, ce qui l'aide à dépasser les obstacles et à développer sa confiance en lui. - L'élève apprend en cherchant : dans la rubrique Le petit détective, les élèves sont invités à raisonner, à réfléchir de façon autonome et non à appliquer des automatismes. La structure des cahiers Les Maths avec Léonie CM1 # Une partie Découverte de la notion en 3 temps : - Je manipule (étape concrète) : l'élève, en situation, manipule des objets - J'observe (étape imagée) : l'élève travaille à l'aide de représentations 2D - J'apprends (vers l'abstraction) : l'élève passe à la modélisation mathématique #Une disposition en deux colonnes, adaptée au Cycle 3 #Des séance quotidiennes de calcul mental #Une partie Entraînement - A mon tour : des exercices d'application et d'entraînement - Je cherche avec mes copains : résolution de problèmes en collaboration - Le petit détective : résolution de problèmes en individuel - A la maison : des prolongements à faire après- la classe Deux cahiers vendus ensemble - Le cahier 1 propose les périodes 1 et 2, - Le cahier 2 propose les périodes 3, 4 et 5, - Toutes les compétences sont travaillées pendant 2 à 4 séances pour permettre à chaque élève de progresser à son rythme. Les compléments pédagogiques offerts #Sur le site ressources à télécharger gratuitement : - Le guide pédagogique - Une fiche d'entraînement en autonomie associée à chaque leçon - Les supports des jeux et des manipulations à imprimer - Les traces écrites J'apprends de chaque leçon à imprimer pour distribuer ou afficher - Des évaluations pour chaque période et leur grille de compétences A télécharger sur https : //maths-leonie. editions-bordas. fr/ #Le cahier numérique enseignant gratuit pour les enseignants dont les élèves sont dotés des cahiers papiers Les cahiers de l'élève 1 et 2 optimisés pour la vidéoprojection et enrichis de ressources : un guide pédagogique, les corrigés des exercices et des diaporamas de calcul mental. #Un groupe facebook Les Maths avec Léonie Pour échanger avec vos collègues, partager votre expérience et vos astuces, questionner nos auteurs pour utiliser pleinement votre méthode, découvrir en avant-première les futurs titres...

J.-P. Obin procède à une sorte de radiographie du monde enseignant pour tenter de saisir comment les enseignants participent au système, de quelle manière ils contribuent à ses résultats, dans quels domaines ils ont une influence et ceux qui leur échappent. Il essaie de comprendre comment la société, ainsi que l’ordre politique, influent sur leurs pratiques professionnelles et sur ce qu’elles produisent. En retour, comment la profession, ses idéaux, ses visées, ses croyances et ses conceptions agissent sur le système scolaire ? Et quelles conséquences en tirer ?SOMMAIRE Introduction : L’enseignant et le système- De quelques paradoxes enseignants- Entre toute puissance et impuissancePremière partie : L’expérience enseignante : un rapport au monde singulier- Le rapport au corps- Le rapport au temps- Le rapport à l’espace- Le rapport au savoir- Le rapport à l’autorité- Le rapport à la sociétéDeuxième partie : Enseigner : ce qu’ils en disent- Les motivations à devenir enseignant- Diversité et unité du métier- Les anciens et le changement problématique- De jeunes enseignants motivés et en demande de soutienTroisième partie : Enseigner, un métier dissocié- Identité universitaire, condition liée aux élèves- Responsabilité de cadre, position d’exécutant- Rhétorique égalitariste, pratiques élitistesQuatrième partie : Aux sources du malaise enseignant- Une histoire des structures scolaires- Vers l’Ecole unique- La catastrophe de 1975- Un diagnostic récurrent : « crise » et « malaise »- Des rapports de force syndicaux déterminantsCinquième partie : L’école française et ses enseignants- La France, élève moyen dans la classe des pays riches- L’élitisme, un mal français- Elitisme ou équité- Réformer ? Mais pour quoi faire ?Conclusion : L’école ou la guerre civile ?- Des revendications identitaires- Des quartiers en souffrance- Multiculturalisme et communautarisme- Un « choc des civilisations » ?- L’intégration, un objectif prioritaire- Quatre angles d’attaque- J’ai fait un rêve…Annexes : Les enseignants : qui sont-ils ?- Une fiche d’identité- Enseigner : un statut, une carrière- Le recrutement : réussir au concours- Une formation initiale en mutation : la « mastérisation »- Une formation continue en peau de chagrin- Des rémunérations et un temps de travail globalement attractifs L’auteurJean-Pierre Obin, ingénieur de l’Ecole centrale de Lille et docteur de spécialité en mécanique des solides a commencé par enseigner les mathématiques et les sciences physiques en collège et en lycée en Algérie, puis la mécanique à l’université et en école d’ingénieurs à Grenoble. Il est ensuite devenu Inspecteur général de l’Education nationale, docteur ès Lettres et Sciences humaines et professeur des universités associé. Aujourd’hui retraité, il reste formateur à l’Ecole supérieure de l’Education nationale et consultant pour l’aide au développement de certains pays africains. Il a publié plusieurs ouvrages, notamment chez Hachette Education, et écrit de nombreux articles et rapports consultables sur son site.

Labolud(r) Découverte permet de se familiariser de façon progressive avec le matériel. Labolud® Le jeu de construction connecté à toutes les imaginations ! L'atelier Labolud(r) Découverte comprend 174 pièces, 4 grilles et 12 modèles figuratifs multi-thèmes pour réaliser des premières constructions, les montrer à la classe et en parler avec fierté ! Au recto de la fiche, la photo du modèle à réaliser. Au verso, les pièces à utiliser à l'échelle 1. Le nombre de pièces disponibles permet de réaliser les 12 modèles en même temps. Quelle que soit l'organisation retenue, l'atelier favorise l'entraide et la coopération entre les enfants. Avec Labolud(r), tout est possible ! Objets, personnages, animaux, végétaux, maisons, engins et véhicules, constructions simples ou en 3D... avec ses pièces originales aux formes amusantes, Labolud(r) donne libre cours à l'imagination des enfants. Des ateliers ludiques et évolutifs, conc ? us pour développer le potentiel créatif et accompagner chaque enfant dans sa progression. Une exclusivité Nathan Créé et mis au point en collaboration avec 22 enseignant(e)s de maternelle, Labolud(r) est le jeu révolutionnaire qui rassemble tous les avantages pédagogiques du jeu de construction : éveil au beau, créativité, espace, motricité fine, autonomie, réflexion, coopération, estime de soi... avec un vrai truc en plus : le Tripod ! Le Tripod : la pièce qui fait la différence ! Cette pièce maîtresse constituée de 3 points d'accroche double face assure la connexion de toutes les pièces entre elles et la stabilité des réalisations, sans risque d'échec. Les enfants ont une multitude de combinaisons et de constructions à explorer : l'imagination n'a plus de limite ! 21 pièces à (re)combiner Avec 20 formes différentes déclinées jusqu'à 6 couleurs ainsi qu'un principe de grilles d'assemblage, Labolud(r) est un jeu évolutif qui suit les progrès et les centres d'intérêt des enfants. Les pièces de jeu : bagues, tubes, roues, portes, flammes, capuchons, hélices... tout est là pour créer un bel univers coloré et inspirant. Les fiches modèles & les photos des réalisations Pour organiser les ateliers et découvrir pas à pas la construction de modèles figuratifs. L'enfant observe, essaie, ajuste les pièces pour aller de ce qu'il sait déjà faire à ce qu'il ne sait pas encore faire. 12 modèles sont proposés dans chaque atelier Labolud(r). Les grilles Elles permettent de monter des constructions sur un plan horizontal et d'exposer les réalisations. Elles peuvent s'assembler entre elles pour réaliser de plus grandes constructions. A vous de jouer ! Avec Labolud(r) dans vos classes, vous profitez d'un tout nouvel atelier pédagogique esthétique, solide, polyvalent, facile à manipuler.

Découvrez le cahier d'écriture de Calimots, une méthode de lecture et d'écriture qui réunit tous les domaines du français à enseigner au CE1 : décodage, compréhension, rédaction, expression orale, écriture et copie ! Véritable gain de temps pour l'enseignant, ce cahier d'écriture est prêt à l'emploi. Il propose tous les modèles de lettres, de mots, de phrases, mais aussi des stratégies de copie, en suivant une progression rigoureuse. Les modèles d'écriture proposés ont été choisis pour leur efficacité (lisibilité et rapidité) et pour limiter les risques de déformations des lettres. Le cahier d'écriture présenté dans cette fiche permet à vos élèves d'apprendre le geste graphique et les stratégies de copie. Grâce à ce cahier d'écriture individuel, l'élève pourra : - apprendre à former correctement les lettres, - à lier les lettres entre elles, - à copier des phrases puis des petits textes, en ajustant son geste graphique. Testée durant plus de 3 ans dans les classes d'enseignants experts et débutants, Calimots propose une progression graphophonologique rigoureuse, en adéquation avec les recommandations ministérielles et permet une mise en oeuvre simple, souple et efficace. Elle vous offre également un enseignement plus confortable et cohérent : vous n'avez plus besoin de composer votre propre outil à partir de différents ouvrages. Le dispositif Calimots vous fait gagner du temps dans la mise en place de vos séances de français et offre à vos élèves une continuité dans leurs apprentissages. Le dispositif Calimots, c'est aussi : - un manuel de code et d'étude de la langue : la progression graphophonologique s'appuie sur les directives ministérielles. Les textes, entièrement décodables, favorisent rapidement l'autonomie de l'élève. - un manuel de lecture pour travailler la compréhension à partir de genres différents : récits, poésie, documentaires, contes... Les textes, notamment issus de la littérature jeunesse, abordent des thèmes proches des élèves, afin de susciter le plaisir de lire. - le guide pédagogique "clé en main", indispensable pour utiliser la méthode. Organisé par domaine, il prend en compte la complexité de gestion des classes de CE1 actuelles : différenciation, autonomie, pédagogie, numérique, croisements disciplinaires. - deux cahiers d'exercices : un pour le code, un pour la compréhension et la rédaction. - les manuels numériques de code (manuel enseignant et manuel élève) et de lecture (manuel enseignant et manuel élève). LE SITE WEB CALIMOTS : Le site web www. calimots. fr offre aux enseignants adoptants de la méthode un accompagnement renforcé pour les aider à enseigner le français au CP avec Calimots. Tout le contenu du guide pédagogique papier y est présenté sous la forme d'un véritable site à la navigation simple et fluide, enrichi de contenus additionnels et d'une véritable offre de ressources numériques (matériel, vidéos, textes lus) ! Rejoignez le groupe de discussion Calimots : https : //www. facebook. com/groups/564575467403831/

Découvrez la nouvelle édition du fichier d'entrainement CLEO, ici en pack de 10, pour travailler la maitrise de la langue au CE2 (Compréhension, Lexique, Etude de la langue, Orthographe), en conformité avec les ajustements de programmes 2018. Vous êtes ici sur la fiche produit de l'édition 2019 de cet ouvrage. Cette nouvelle édition a pour objectif de rendre son contenu conforme aux ajustements des programmes de 2018. Le fichier d'entrainement C. L. E. O. CE2 2019, ici en pack de 10, regroupe l'ensemble des activités d'entrainement du dispositif et un aide-mémoire, qui visent à entrainer quatre familles de compétences : - Compréhension : informations implicites, connecteurs temporels et temps verbaux, chronologie du récit, substituts du nom, intentions et sentiments des personnages... - Lexique : ordre alphabétique, utilisation du dictionnaire, familles de mots, préfixes, polysémie... - Etude de la langue : organisation de la phrase, classes et fonctions grammaticales, étude du système verbal... - Orthographe : correspondances graphophonologiques, valeur positionnelle des lettres, consonnes muettes, genre et nombre dans le groupe nominal, accord sujet-verbe, terminaisons verbales... Conformément aux orientations définies par les programmes en vigueur, C. L. E. O. organise les apprentissages au moyen de séances courtes et fréquentes, favorisant l'appropriation des compétences sur le long terme. Les points forts de la collection C. L. E. O. Français 2019 : > Pour les élèves : - Des activités d'entrainement pertinentes et motivantes, - Des compétences entrainées sur la durée, afin de laisser le temps à tous les élèves de s'approprier les notions à acquérir, - Une meilleure visibilité des apprentissages dans lesquels ils s'engagent. > Pour l'enseignant : - Des activités d'entrainement décrochées qui, grâce à leur format récurrent, permettent souplesse et autonomie dans l'organisation des apprentissages, - Un travail de consolidation de la compréhension des textes, - Des programmations annuelles qui ont été pensées pour avoir une réelle cohérence sur chaque cycle, - Une très large gamme d'activités utilisables dans un grand nombre de situations : prises en charge par les enseignants spécialisés des RASED, mise en place de PPRE, MACLé, aide personnalisée, stages de remise à niveau, etc. Le dispositif complet C. L. E. O. CE2 2019 comprend : - Le présent pack de 10 fichiers de l'élève CE2 2019 regroupant l'ensemble des activités d'entrainement, aussi disponible à l'unité , - L'aide mémoire CE2 2019 (inclus dans le fichier de l'élève), personnalisable, regroupant l'ensemble des savoirs à acquérir au CE2, - Le guide pédagogique CE2 2019 pour l'enseignant, indispensable pour s'approprier la démarche de C. L. E. O. , qui contient en outre des ressources pour l'enseignement de l'oral, ainsi que de nombreuses pistes pour organiser les activités quotidiennes d'écriture - Disponible en version papier ou en PDF gratuit (à venir).

Labolud(r) Entraînement permet des réalisations figuratives de plus en plus élaborées. Labolud® Le jeu de construction connecté à toutes les imaginations ! L'atelier Labolud(r) Entraînement comprend 275 pièces et 12 modèles figuratifs sur le thème de la nature pour réaliser des constructions originales mettant en jeu un plus grand nombre de pièces. Au recto de la fiche, la photo du modèle à réaliser et les pièces utilisées. Au verso, la décomposition du montage en 4 étapes. Le nombre de pièces disponibles permet de réaliser les 12 modèles en même temps. Quelle que soit l'organisation retenue, l'atelier favorise l'entraide et la coopération entre les enfants. Avec Labolud(r), tout est possible ! Objets, personnages, animaux, végétaux, maisons, engins et véhicules, constructions simples ou en 3D... avec ses pièces originales aux formes amusantes, Labolud(r) donne libre cours à l'imagination des enfants. Des ateliers ludiques et évolutifs, conc ? us pour développer le potentiel créatif et accompagner chaque enfant dans sa progression. Une exclusivité Nathan Créé et mis au point en collaboration avec 22 enseignant(e)s de maternelle, Labolud(r) est le jeu révolutionnaire qui rassemble tous les avantages pédagogiques du jeu de construction : éveil au beau, créativité, espace, motricité fine, autonomie, réflexion, coopération, estime de soi... avec un vrai truc en plus : le Tripod ! Le Tripod : la pièce qui fait la différence ! Cette pièce maîtresse constituée de 3 points d'accroche double face assure la connexion de toutes les pièces entre elles et la stabilité des réalisations, sans risque d'échec. Les enfants ont une multitude de combinaisons et de constructions à explorer : l'imagination n'a plus de limite ! 21 pièces à (re)combiner Avec 20 formes différentes déclinées jusqu'à 6 couleurs ainsi qu'un principe de grilles d'assemblage, Labolud(r) est un jeu évolutif qui suit les progrès et les centres d'intérêt des enfants. Les pièces de jeu : bagues, tubes, roues, portes, flammes, capuchons, hélices... tout est là pour créer un bel univers coloré et inspirant. Les fiches modèles & les photos des réalisations Pour organiser les ateliers et découvrir pas à pas la construction de modèles figuratifs. L'enfant observe, essaie, ajuste les pièces pour aller de ce qu'il sait déjà faire à ce qu'il ne sait pas encore faire. 12 modèles sont proposés dans chaque atelier Labolud(r). Les grilles Elles permettent de monter des constructions sur un plan horizontal et d'exposer les réalisations. Elles peuvent s'assembler entre elles pour réaliser de plus grandes constructions. A vous de jouer ! Avec Labolud(r) dans vos classes, vous profitez d'un tout nouvel atelier pédagogique esthétique, solide, polyvalent, facile à manipuler.

Les principes pédagogiques des Maths avec Léonie CM2 #Manipuler, observer, apprendre ! - Une méthode progressive, qui favorise la collaboration ! - L'élève apprend en étant actif : en manipulant des cartes, des jetons et des objets, il approche les notions de façon concrète ; son intérêt et sa créativité sont stimulés. - L'élève apprend en échangeant avec ses pairs : en verbalisant sa stratégie, il s'habitue à mettre des mots sur des concepts et à comparer son raisonnement à celui des autres, notamment dans la rubrique Je cherche avec mes copains. - L'élève apprend en s'entraînant : les nombreux exercices, très progressifs, permettent à l'élève d'appliquer les notions apprises. L'élève apprend en s'amusant : par des activités en groupe, des Jeux mathématiques, des énigmes et des prolongements hors de la classe en famille, il aborde les mathématiques avec plaisir, ce qui l'aide à dépasser les obstacles et à développer sa confiance en lui. - L'élève apprend en cherchant : dans la rubrique Le petit détective, les élèves sont invités à raisonner, à réfléchir de façon autonome et non à appliquer des automatismes. La structure des cahiers Les Maths avec Léonie CM2 # Un unique cahier pour s'approcher des formats de cahiers au collège. Toutes les compétences sont travaillées pendant 2 à 4 séances pour permettre à chaque élève de progresser à son rythme. #Une partie Découverte de la notion en 3 temps : - Je manipule (étape concrète) : l'élève, en situation, manipule des objets - J'observe (étape imagée) : l'élève travaille à l'aide de représentations 2D - J'apprends (vers l'abstraction) : l'élève passe à la modélisation mathématique#Une disposition en deux colonnes, adaptée au Cycle 3 #Des séance quotidiennes de calcul mental #Une partie Entraînement - A mon tour : des exercices d'application et d'entraînement - Je cherche avec mes copains : résolution de problèmes en collaboration - Le petit détective : résolution de problèmes en individuel - A la maison : des prolongements à faire après la classe Les compléments pédagogiques offerts : #Sur le site ressources à télécharger gratuitement : - Le guide pédagogique - Une fiche d'entraînement en autonomie associée à chaque leçon - Les supports des jeux et des manipulations à imprimer - Les traces écrites J'apprends de chaque leçon à imprimer pour distribuer ou afficher - Des évaluations pour chaque période et leur grille de compétences A télécharger sur https : //maths-leonie. editions-bordas. fr/ #Le cahier numérique enseignant gratuit pour les enseignants dont les élèves sont dotés des cahiers papiers es cahiers de l'élève optimisé pour la vidéoprojection et enrichi de ressources : un guide pédagogique, les corrigés des exercices et des diaporamas de calcul mental. #Un groupe facebook Les Maths avec Léonie Pour échanger avec vos collègues, partager votre expérience et vos astuces, questionner nos auteurs pour utiliser pleinement votre méthode, découvrir en avant-première les futurs titres...

L'homme déshumanisé ou sur le point de l'être, est porté pour quelque temps encore, par la dernière salve d'un humanisme détourné, ses 3 valeurs "liberté égalité fraternité" n'ont plus la force de leur magie originelle unificatrice, pour redevenir unifiante, et donc opérante dans les esprits de nos contemporains. Cet humanisme devenu passéiste, se voit chahuter par une nouvelle doctrine appelée transhumanisme prônant de faire le grand saut de civilisation, alors que peu se sentent prêts à se convertir ou à devoir se sacrifier au vu d'une promesse de grand remplacement. L'homme se déshumanise avec son accord implicite, par son laisser faire ! Sommes-nous à la veille d'un retournement salutaire, ou bien à la veille d'une mutation sociale ? Le tableau brossé est-il si noir, ou seulement là, pour donner crédit à la thèse de la déshumanisation de l'homme, dont on ne peut nier l'évidence. Les jeunes générations refusent aux anciennes de "prendre en charge‘' leur passé, tel qu'elles voudraient le leur transmettre. Il y a là une scission de transmission, préjudiciable à la pérennisation de la condition de vie humaine, telle qu'humanisée jusqu'à présent, sauf à la reformater. L'homme aurait-il oublié qu'il avait un coeur ? L'entrisme de l'IA dans sa vie intime en plus de celle publique, et le transformisme annoncé, le perturbent. Ce post humanisme prépare sa déshumanisation, ne percevant pas qu'il pourrait bientôt être pris pour ‘'une machine biologique'' perdue au sein du maelstrom mondial submergé de lois et d'interdits, lequel ne prend plus le temps de le considérer comme un être vivant, plutôt comme un numéro fiché epsilon (le fameux E grec ! ) qu'il faudra améliorer, en tous cas modifier. Sans la reconquête de son coeur perdu, l'aidant à se rééquilibrer, l'humain court à sa perte, dévoré par ses technosciences lesquelles lui tiennent lieu de finalité. L'humanité lorsqu'elle ne vivra plus que d'expédients scientifiques et technologiques, tandis que submergée de bouches à nourrir et embarrassée par celles qui la dérangent, débouchant sur un vivre sans transcendance, courra inévitablement à déshumaniser ses membres, éliminant les faibles et les difficilement adaptables, amenant le rejet des humanismes vécus. Quels projets annoncés pour les remplacer et conquérir le futur ? Ce sera l'objet de mes Propos Saturniens. Outre l'équivalent d'un déluge ou de tout autre cataclysme, que des technosciences générées par des humains à leur demande, soient capables de tout détruire si l'homo dit sapiens décide d'en user contre son semblable homo sapiens, telle l'arme nucléaire, qu'une telle synchronicité se produise... et tout recommence ! Ressaisissons-nous !

Début 1963, les fondations de l'ère Marvel sont posées. Après les Quatre Fantastiques en 1961, la maison présente l'extraordinaire (Spider-Man), le stupéfiant (Ant-Man), l'étrange (Docteur Strange), l'incroyable (Hulk), l'invincible (Iron Man) et le puissant (Thor). L'éditeur de Marvel Stan Lee trouve cependant qu'il manque encore quelque chose. "J'écrivais ces personnages et je me suis dit que ce serait amusant de les rassembler dans une équipe," se souvenait-il. C'est ainsi que Lee et l'artiste Jack Kirby réunirent Iron Man, Ant-Man et la Guêpe, Thor et Hulk pour former les Avengers. Dès ses premiers pas, l'équipe tranche sur ses prédécesseurs. Si les Quatre Fantastiques étaient une famille, les Avengers sont des collègues par obligation. L'entente ne règne pas entre tous ses membres, mais en unissant leurs forces ils parviennent à vaincre les pires méchants de Marvel, comme Loki, Kang le Conquérant alias Immortus et les Maîtres du Mal. La composition de l'équipe change en permanence : Hulk s'en va, Captain America arrive et Ant-Man se mue en Giant-Man. Quand soudain, les méchants Hawkeye, Vif-Argent et la Sorcière rouge deviennent les nouveaux héros vengeurs et les membres fondateurs du groupe disparaissent du jour au lendemain, laissant Captain America à la tête d'un groupe tout neuf. Retrouvez ces classiques que sont les vingt premières aventures des Avengers dans une édition format XXL, plus grosse que le poing de Hulk, plus lourde que le marteau de Thor et plus riche en accessoires que l'armure d'Iron Man. Plutôt que de recolorer les oeuvres originales (méthode la plus appliquée pour rééditer des comics jusqu'alors), TASCHEN a voulu créer une reproduction idéale de ces revues en retrouvant leur aspect originel. Les exemplaires les mieux conservés ont été aplatis et photographiés en étroite collaboration avec Marvel et la Certified Guaranty Company. Chaque page a été photographiée telle qu'elle fut imprimée il y a plus d'un demi-siècle, puis ces clichés ont été numérisés et retouchés avec les outils les plus modernes pour corriger les défauts liés à la piètre qualité du papier et des encres employées à l'époque. . . Tous chauds, comme s'ils sortaient des meilleurs presses des années 1960. Pour accompagner ces histoires, le patron des studios Marvel Kevin Feige signe un avant-propos exclusif et l'auteur Kurt Busiek, lauréat du prix Eisner, nous livre le récit détaillé de cette saga, illustré d'oeuvres originales, de photos peu publiées et d'autres documents rares. Cette collection consacrée aux Héros les plus puissants de la Terre est digne de la bibliothèque de Tony Stark. . . ou de la vôtre! © 2022 MARVEL À propos de la collection La BIBLIOTHÈQUE DE COMICS MARVEL est le résultat d'une collaboration exclusive de longue date entre TASCHEN et Marvel. Les comics classiques les plus rares, parmi lesquels Spiderman, Avengers et Captain America, sont méticuleusement reproduits dans toute leur gloire originelle, en très grand format. La collection offre aux collectionneurs une chance unique de posséder les comics les plus recherchés au monde. Chaque tome contient un essai signé par un historien du comic book, ainsi que des centaines de photos et de documents, notamment des compositions et croquis originaux exceptionnels.

Le jeu A l'école de la laïcité s'adresse aux élèves de CM1, CM2 et 6e. Il se présente comme un jeu de plateau, mélange de Trivial Poursuit et de Jeu de l'oie. Le but est de répondre à des questions (une cinquantaine). Chaque bonne réponse permet de reconstituer, à la manière d'un puzzle, la charte de la laïcité. Ce jeu est Lauréat 2021 du Prix de la laïcité de la République Française. La boîte de jeu contient : - 54 cartes " Question " - 1 plateau, 4 pions, 1 dé - 1 poster de la Charte de la laïcité à compléter - 15 étiquettes repositionables pour compléter la Charte - la règle du jeu - une page de présentation de notre engagement écologique et éthiquement responsable Les objectifs du jeu - Promouvoir une laïcité d'intelligence dans les classes de cycle 3 au moyen de ce jeu qui permet aux élèves de reconstituer ensemble la charte de la laïcité en répondant correctement à des questions sur les faits religieux et la laïcité en général. Les questions et les réponses ont été établies d'après le Vademecum Laïcité du Ministère de l'Education nationale et de la Jeunesse de 2018, mis à jour en juillet 2021. - Donner aux enseignants un outil leur permettant d'aborder la laïcité, avec le souci d'une appropriation réelle des valeurs et des principes de la République par les élèves plutôt que de l'organiser selon une transmission frontale et/ou moralisatrice, souvent superficielle et inopérante. Aider les enfants à mieux comprendre la laïcité La laïcité est un principe de la République française. La Constitution rappelle que cette République est indivisible, laïque, démocratique et sociale. Mais la laïcité est parfois difficile à définir et à comprendre. Les nombreux débats de société qui l'entourent la rendent parfois illisible pour les plus jeunes, voire installent l'idée fausse qu'elle pourrait être l'ennemie des religions. Comment faire pour combattre les idées reçues et aider les enfants à mieux comprendre la laïcité ? En 1789, au moment de la Révolution française, des jeux ont été conçus pour que les Français s'approprient les valeurs et principes d'une France nouvelle : la liberté, l'égalité devant la loi, devant l'impôt... notamment des jeux de l'oie et des jeux de cartes. Les étudiants de l'INSPE de Lorraine, avec leurs formateurs, ont donc eu l'idée de créer ce jeu, intitulé " A l'école de la laïcité ", sur le modèle du jeu de l'oie de la Révolution française. Les 54 questions sont de nature et de difficulté différentes : elles traitent des dimensions juridiques, philosophiques et sociales de la laïcité, mais aussi des faits religieux. L'objectif est de faire prendre conscience aux élèves que l'Ecole et la République sont laïques, mais que ces dernières n'ignorent pas que la société ne l'est pas. La laïcité permet à tous les Français, quelle que soit leur religion, de " faire société ". A ce jeu de l'oie est associé un poster de la Charte de la laïcité à compléter : le fait de gagner une bonne réponse sur le jeu de l'oie donne accès à un article de la charte, à coller sur l'affiche afin de reconstiituer intégralement les 15 articles de la charte simplifiés pour des élèves de cycle 3 et illustrés. Un jeu éco-responsable Ce jeu est fabriqué de manière responsable. Il est imprimé et fabriqué en France et utilise des encres et matériaux entièrement recyclables.

Matthieu Laurette Une monographie dérivée (1993-2023) 336 pages Bilingue français-anglais 800 reproductions Format : 31 x 21, 5 cm Relié Textes : Julien Blanpied, Inès Champey, Dorothée Dupuis, Alex Farquharson, Cédric Fauq, Nicolas Surlapierre & invités Graphisme : Syndicat Editions du MAC VAL ISBN : 978-2-900450-16-1 Office : 17 novembre 2023 35 euros Matthieu Laurette est né en 1970 à Villeneuve-Saint-Georges. Après des études dans les écoles d'art de Rennes puis de Grenoble, il entame sa carrière artistique au milieu des années 1990. Emblématique de sa génération, il est lauréat du prix Ricard en 2003. Son travail, entré dans nombre de collections publiques et privées, a été exposé internationalement dans les plus prestigieuses institutions. Il a précédemment participé à trois expositions collectives au MAC VAL (Situations, Cherchez le garçon et Lignes de vie). Artiste protéiforme, Matthieu Laurette utilise les médias de masse et l'industrie du divertissement comme lieu et outil de production, décalant ainsi l'idée même d'atelier : le réel est son atelier. Véritablement multimédias, ses oeuvres balaient un vaste spectre de mises en formes : de l'intervention télévisée à l'installation en passant par les récents développements sur Instagram, il dessine de nombreuses stratégies d'infiltrations alliant art conceptuel, culture populaire, critique institutionnelle, réflexions économiques et problématiques sociétales. Matthieu Laurette recourt à des mécanismes existants (marketing, médias de masse, industries culturelles...) pour créer ses propres oeuvres. Celles-ci interrogent, entre autres, la notion même de valeur. Elles mettent en questions le rôle et la place de l'art et de l'artiste à l'heure du spectacle généralisé et mondialisé. Pétri d'histoire de l'art, il oeuvre à la croisée du réel et du symbolique. Ce travail, à bien des égards annonciateurs de questionnements ultracontemporains (décroissance, approche décoloniale), se construit selon une logique de projets au long cours. Jonglant avec les mécanismes de La Société du Spectacle de Guy Debord, les oeuvres de Matthieu Laurette jouent sur les processus auto-réalisateurs, créant ainsi des sortes de boucles de feedback au sein des dispositifs informationnels à grande échelle. Sous le commissariat de Cédric Fauq, l'exposition rendra compte de trente années de création en une scénographie qui mettra en évidence la dimension rhizomatique de ce travail, des Apparitions (depuis 1993) infiltrant le régime télévisuel aux Produits remboursés (1991-2001) menant une réflexion aiguë et en acte de la consommation, du Citizenship project (depuis 1996) interrogeant l'idée même d'identité nationale aux Je suis un artiste (depuis 1998), Things et Demands and Supplies (depuis 2010) interrogeant le statut et la fonction de l'art et de l'artiste... La monographie rétrospective qui accompagne l'exposition a été conçue en étroite collaboration avec les graphistes Syndicat (Sacha Léopold et François Havegeer), qui explorent l'interaction entre métier et économie dissimulée derrière la production et la distribution de textes et d'images. Déjà à l'origine de l'exposition MATTHIEU : Une rétrospective dérivée, 1993-2015, présentée au festival Chaumont design graphique en 2015, ils avaient alors reproduit des images des oeuvres de l'artiste sur des objets fabriqués en masse, personnalisables à la demande sur internet. Cette rétrospective dérivée est à la lointaine origine de cette actuelle "Monographie dérivée" , riche de plus de 800 illustrations, qui revient sur l'ensemble de la production de l'artiste, invitant des auteurs qui suivent pour certains son travail depuis ses débuts. Exposition au MAC VAL : 21 octobre 2023-3 mars 2024

L'odyssée américaine de Richard Avedon et James BaldwinL'ouvrage magistral de Baldwin et Avedon publié en 1964 enfin rééditéCette réédition soignée de l'ouvrage Nothing Personal signé Richard Avedon et James Baldwin explore les problématiques et les contradictions qui n'ont cessé d'être au coeur de l'histoire américaine, et se révèlent particulièrement d'actualité aujourd'hui, à l'ère de Donald Trump. Utilisant à la fois l'image et le texte, Avedon et Baldwin interrogent la formation de l'identité et les liens qui sous-tendent autant qu'ils ébranlent les rapports humains. Un livret complémentaire de 72 pages présente un essai inédit de Hilton Als, critique et lauréat du prix Pulitzer, ainsi que de nombreuses photos supprimées d'Avedon et jamais montrées auparavant, des lettres, des prototypes de maquettes et des documents d'époque. En 1963 et 1964, Richard Avedon, l'un des photographes de mode les plus célèbres au monde à l'époque, s'associe à James Baldwin, son ancien ami de lycée devenu un romancier reconnu, un essayiste et une plume importante dans le combat pour les droits civiques aux Etats-Unis, pour réaliser Nothing Personal, un livre sur les conditions de vie en Amérique. Les sujets photographiés par Avedon - des icônes de la lutte pour les droits civiques, des intellectuels, des politiciens, des chanteurs pop, les patients d'un asile psychiatrique et des Américains ordinaires - sont soigneusement juxtaposés, recadrés et rigoureusement ordonnés. Ainsi, le parti nazi américain est placé en regard du poète juif et homosexuel Allen Ginsberg et un général Eisenhower usé cède la place à un Malcom X en mouvement. Les patients diminués d'un asile psychiatrique en appellent à la chaleur humaine, et sont suivis par une mère enlaçant son enfant. L'essai polémique en 4 parties de Baldwin renvoie la critique d'une société déconnectée, injuste et clivante, prise dans une crise existentielle. Dans ce témoignage extrêmement personnel et pertinent, l'écrivain raconte sa propre expérience de harcèlement par un policier raciste dans les rues de New York, sa ville d'origine. Pourtant Baldwin, comme Avedon, clôt son oeuvre sur l'incontournable besoin d'amour, et son pouvoir. Mis en page par le légendaire directeur artistique Marvin Israel, Nothing Personal représente le triomphe du minimalisme. Le format "surdimensionné" du livre présenté dans son coffret blanc ainsi que le placement saisissant des images et du texte ont révolutionné la mise en page et la forme des livres de photos. Cette réédition soignée de l'original, épuisé depuis des décennies, a été produite en étroite collaboration avec la fondation Richard Avedon. Ancien collègue d'Avedon au New Yorker et spécialiste de l'oeuvre de Baldwin, Hilton Als raconte la fabrication de Nothing Personal et la relation personnelle et créative entre Avedon et Baldwin. Als témoigne aussi avec émotion de son amitié avec Avedon et de l'impact que ce livre a eu sur sa propre vie. A sa sortie en 1964, cette vision de l'Amérique selon Avedon et Baldwin a inévitablement divisé la critique, et les deux hommes ont essuyé les attaques les plus rudes, certainsles accusant de parler au nom de l'élite libérale, d'être des "moralistes de Hollywood" et de ne représenter en rien le sentiment "réel" des "vrais" Américains. Ceci vous rappelle quelque chose ?La sortie du livre coïncide avec l'exposition organisée à la Pace/MacGill Gallery de New York, première exploration exhaustive du travail d'Avedon pour Nothing Personal.